De eerste stappen


De eerste stappen met een prothese (letterlijk bij een beenprothese, figuurlijk bij een armprothese), zullen spannend zijn. Sommige mensen zijn zelfverzekerd, anderen hebben wat meer tijd nodig. Dit hoort allemaal bij het proces en het is belangrijk dat u zich fijn en zeker voelt bij het zetten van de eerste stappen met een prothese. Tijdens de revalidatiefase leert u al wat meer over prothesen en het leven met een prothese en heeft u vragen kunnen stellen aan de diverse medische professionals. U leert zo stap voor stap meer over het leven met een prothese. Dit helpt u wanneer u daadwerkelijk een prothese gaat gebruiken.

Niet alleen fysiek moet je de eerste stappen leren zetten met een prothese. Ook mentaal zullen er momenten komen waarop je het moeilijk hebt. Richard vertelt open over zijn diepe dalen, en gelukkig ook hoge pieken.

Hard werken loont

Tijdens het leren lopen op een prothese is het belangrijk dat er aandacht geschonken wordt aan het lopen op een zo natuurlijk mogelijke manier. Dit kost immers het minste energie, hoewel dit in het begin vaak niet zo aanvoelt. Zeker in het begin zal het oefenen vermoeiend zijn. U leert allemaal nieuwe bewegingen en oefeningen voor het lichaam, dat kost nu eenmaal heel veel energie. Vooral als er sprake is van andere gewoontes, wanneer u bijvoorbeeld lange tijd niet meer “recht” heeft gelopen. Het afleren van een oude gewoonte kost ook ontzettend veel energie.

Hoe hoger de amputatie, hoe lastiger het is om de prothese te gebruiken. Hoe hoger de amputatie, hoe meer lichaamsfuncties er vervangen moeten worden en dat betekent meer onderdelen in de prothese die de functies moeten overnemen. Hoe meer niet-lichaamseigen materialen, hoe moeilijker het functioneren wordt. Het zal dus hard werken zijn, maar hard werken loont: u zult steeds onafhankelijker worden van anderen en zelf steeds mobieler worden. Doorzettingsvermogen is hierbij erg belangrijk!

Het is mogelijk dat u, zeker net na de operatie, pijn ervaart. In het begin is pijn van de prothesekoker heel normaal. Zo’n koker is hard en uw stomp is niet gewend om zo’n hard stuk materiaal te verdragen. Vergelijk het maar met zadelpijn bij het fietsen. Op een gegeven moment zult u steeds minder pijn ervaren, doordat u er aan gewend raakt. U zult dan steeds beter en zelfverzekerder gaan lopen.

De juiste techniek

Tijdens de eerste stappen krijgt u goede begeleiding van uw instrumentmaker, fysiotherapeut en revalidatiearts. Ze houden u goed in de gaten; het is essentieel dat u in het begin de juiste techniek en een zo natuurlijk mogelijk looppatroon aanleert. Leren lopen met een prothese vereist nieuwe technieken, die u beter meteen eigen kunt maken, dan dat u ze later af moet leren. Dat afleren kost namelijk meer energie dan het in één keer goed aanleren. De fysiotherapeut of revalidatiearts geven u de juiste oefeningen, zodat uw spieren nog beter getraind raken om te lopen met een prothese.

De instrumentmaker kan u meer vertellen over de prothese zelf en hoe deze precies werkt. Verschillende prothesen vereisen soms ook een andere techniek, bijvoorbeeld bij traplopen. Afhankelijk van de prothese die u gekregen heeft, kunnen de instrumentmaker en fysiotherapeut u leren hoe u met uw prothese om moet gaan. Uiteraard geldt dit ook voor de armprothesen.

Lopen met een beenprothese zal nooit hetzelfde worden als het lopen voorheen, maar met de juiste oefeningen, techniek én doorzettingsvermogen kunt u samen met de medisch professionals werken aan een zo natuurlijk mogelijke manier van lopen. Een manier van lopen die zo min mogelijk energie kost, zo min mogelijk compensaties met uw heup, rug of andere been kosten en zo symmetisch mogelijk eruit ziet.